Redacteur geestelijk leven van de Leeuwarder Courant

.

zaterdag 29 augustus 2009

's HEREN zegen


Veel psalmen worden in de kerken vrijwel nooit gezongen - vaak om de weerbarstige melodie - terwijl er ook een soort ongeschreven Greatest Hits bestaat. Tot de psalmen die uit volle borst massaal worden gezongen hoort Psalm 134, met name het derde vers dat begint met de bekende woorden: Dat ‘s HEREN zegen op u daal’.
Het is een psalmvers dat geschikt is, en ook dankbaar gebruikt wordt, voor vele feestelijke en bijzondere gelegenheden: bij een kerkelijke huwelijksbevestiging terwijl het paar geknield voorin de kerk zit, bij de doop, bij de bevestiging van ouderlingen en diakenen en bij de komst of het vertrek van een predikant.

Met een verwijzing naar die laatste, nog altijd vaak plechtige gelegenheid sloot onze vertrekkende hoofdredacteur Rimmer Mulder gisteren zijn laatste mailtje aan ‘zijn’ LC-redactie af met de bovengenoemde zegenbede uit Psalm 134. Fraai nietwaar?
Tot mijn genoegen bleken verschillende collega’s dit psalmvers uit de berijming van 1773 goed te kennen. ,,Dat heb ik vaak gezongen.’’ En: ,,Ik voel direct de kerkbank weer.’’ Ziedaar, het bewijs dat de 134e psalm echt tot de favorieten van het kerkvolk hoorde en hoort.

Psalm 134 is ook interessant als het gaat om de weerstand in zwaardere kerkelijke kringen tegen het gebruik van ‘menselijke’ gezangen. Psalm 134 is een fraai voorbeeld hoe met de berijming van 1773 via een achterdeur in feite de gezangen al de kerk binnenkwamen.
Ik zal dat uitleggen. De psalm hoort met slechts drie verzen tot de kortste uit het bijbelboek Psalmen en die kleine psalmen stelden de berijmers, die blijkbaar niet van erg beknopte liederen hielden, voor een probleem. Dat hebben ze opgelost door allerlei informatie aan de Bijbeltekst toe te voegen.

In de bijbel (Statenvertaling, die ze in 1773 natuurlijk gebruikten) luidt het derde vers van Psalm 134: ‘De HEERE zegene u uit Sion, Hij, Die den hemel en de aarde gemaakt heeft.’
In de berijming zijn die paar woorden op eens flink uitgedijd:
Dat ’s HEREN zegen op u daal’,
zijn gunst uit Sion u bestraal’
Hij schiep ’t heelal, zijn naam ter eer:
looft, looft dan aller heren HEER!

Met zulke ‘buitenpsalmse’ toevoegingen is weinig mis; het is allemaal erg bijbels. Maar dat geldt ook voor veel gezangen. Het relativeert, zou ik denken, het verzet tegen de gezangen. Zo’n berijmd vers is toch beslist een soort ‘psalmgezang’ te noemen. En nog altijd een bijzonder mooie, zeker ook in een mailtje van een hoofdredacteur.