Je kunt je slechts verbazen over de manier waarop de Evangelische Omroep de achterban inschat. Natuurlijk zou er commentaar komen op dat programma ‘Loopt een man over het water…’ dat Arie Boomsma maakte. Wat dacht je dan?
Als je voor zo’n programma het groene licht geeft - na de eerdere ellende die dit jaar rond Knevel, Boomsma en nog een paar akkefietjes ontstond - dan heb je toch extra uitgebreid de voor- en nadelen afgewogen?
Dat is niet gebeurd blijkbaar, want opnieuw heeft de EO zich door de vele opzeggingen van leden laten overvallen. Alleen al daarom zou je de leidinggevenden daar een brevet van onvermogen geven.
Maar er speelt nog een ander, meer structureel probleem: de omroep heeft een andere missie dan de achterban denkt. Dat hoorde ik van een EO-voorlichter toen ik in juni voor de krant een verhaal over het succes van de EO-Jongerendag maakte.
De EO, zei hij, richt zich primair op de samenleving en wil mensen bereiken die weinig of niets met God hebben. De leden, ging hij verder, hebben de verwachting dat de programma’s van de EO er zijn tot opbouw van hun geloof.
Tussen missie en verwachting van de achterban gaapt een enorme kloof. De EO wil eerst en vooral de buitenkerkelijke bereiken, met prikkelende programma’s. Dat heeft een groot deel van de achterban echter nooit zo begrepen.
Het wordt tijd dat de EO dat eens goed gaat communiceren. Nee, zuster en broeder, u steunt ons wel en daar zijn we heel blij mee, maar we zijn er niet voor u. We doen wel eens iets leuks voor u, maar uiteindelijk gaat het ons daar niet om.
Als je dat als omroep over het voetlicht kunt krijgen, is er naar mijn idee al veel kou uit de lucht. Dan denkt een achterbanner: de EO is als iedere hulporganisatie, een club deskundigen die het beste weten waar en hoe hulp te bieden.