woensdag 3 februari 2010
Praten over God
Of ze mijn vorige weblog gelezen hebben - ik heb het lang genoeg bovenaan laten staan - weet ik niet maar de bestuurders van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) hebben besloten om God op de agenda van de landelijke synode van november te plaatsen.
Er wordt nadrukkelijk niet over de atheïstische dominee Klaas Hendrikse gesproken. Of over anderen die zich kritische over het traditionele godsbeeld hebben uitgelaten, bijvoorbeeld dominee Jan Offringa, die onlangs schreef dat God geen mensenoffer (Jezus aan het kruis) nodig heeft.
De bestuurders zien in dat er ook binnen de PKN ‘moderne’ opvattingen over God bestaan. ‘Modern’ tussen aanhalingstekens, want de godsbeelden die hier en daar worden uitgevent, zijn ongeveer net zo oud als de kerkgeschiedenis en dus verre van nieuw.
De synode zal zich buigen over de vraag hoe er in de kerk gesproken kan worden over God. Hoe stel je God op zo’n manier aan de orde, dat het mensen van vandaag aanspreekt? En dan kan het, begrijp ik uit de berichten, ook gaan over vragen wat Gods betrokkenheid bij het lijden is. Bijvoorbeeld.
Goede zaak dat de synodebestuurders de kwestie aan de orde stellen. Een vraag die wat mij betreft centraal komt te staan is deze: hoeveel speelruimte biedt de PKN als het gaat om het spreken over God?
Enige jaren geleden publiceerde de PKN het rapport ‘Jezus Christus, onze Heer en Verlosser’, een verrassend behoudend stuk waarin de klassieke leer over God en Christus nog eens haarfijn werd uitgewerkt. Zo’n rapport biedt heel weinig speelruimte.