Redacteur geestelijk leven van de Leeuwarder Courant

.

vrijdag 27 februari 2009

Janenhylkje@

Mijn grootouders Korfker
met de klok op de achtergrond.

Soms krijg ik mailtjes van koppels. ‘Jan en Hylkje’, ‘Mork en Mindy’, jaapengerdientje@vertelhetvoort.nl. Ik begrijp dat nooit zo goed. Het zal wel heel gezellig zijn, maar heeft de ene helft van het stel geen eigen vrienden die ook wel eens iets te melden hebben dat alleen maar een hartsvriend of -vriendin aangaat? Bijvoorbeeld.
Kwalijker wordt het wanneer de helft van zo’n stel die gezamenlijke mail gebruikt voor zaken waarvoor een zekere vertrouwelijkheid geldt. Zo kan volgens mij een kerkenraadslid geen gecombineerd mailadres hebben, tenzij het stel bijvoorbeeld samen ouderling is. De reden lijkt voor de hand te liggen, maar dat blijkt in de praktijk toch niet het geval te zijn.

‘Beste Janny, hierbij het conceptvoorstel over de te sluiten kerkgebouwen.’
‘Geachte medebroeder, hierbij een noodkreet die ik in vertrouwen van een zuster ontving.’
‘Dag Kees, hierbij een klacht van broeder De Vries over de talstelling van broeder Van Dijk.’


Gaat dat de partner niet aan? Staat er niet reeds in Genesis geschreven dat zij elkaar zullen aanhangen en dat man en vrouw één vlees zullen zijn? Ja, en? Op sommige zaken heeft ook een wederhelft geen recht. Er staat ook geschreven: leid ons niet in verzoeking. Je hoeft echt geen verschrikkelijk mens te zijn om een kerkenraadsgeheim dat je niet aangaat, met een vriend of vriendin te delen - ‘Dan kun je ook voor X bidden’ (om met Larry Norman te spreken).
Er is, ook toen er nog lang geen mail was, heel wat onheil in kerkelijke gemeenten geschied omdat ambtsdragers thuis hun mond niet konden houden. En vervolgens hun eega’s niet. En dat terwijl er in de bijbel toch nogal wat waarschuwingen staan over wat de tong allemaal voor schade kan veroorzaken. 'Zet een wacht voor mijn lippen.' En mail dus.

Mijn grootvader Wim Korfker werd om de haverklap tot ouderling verkozen. Hij ging als ambtsdrager uiterst discreet te werk. Wanneer hij ’s avonds op huisbezoek ging, schreef hij de te bezoeken adressen op een papiertje, plakte dat dicht, schoof het onder de klok en echtgenote Jo Korfker-Smouter (wat hadden die mensen unieke achternamen!) en de oudste kinderen wisten dat dit papiertje slechts bij een noodsituatie geopend mocht worden.
Waarom? Als mijn grootvader ’s avonds thuiskwam en de triestheid straalde van hem af, en dat wilde na een avond ploegen op rotsen en ernstig vermaan het geval zijn, dan kon door de rest van het gezin gedacht worden: ‘Zo, dat gesprek bij broeder en zuster Jansen was blijkbaar bijzonder zwaar. Wat zou daar aan de hand zijn?’ Over discreet gesproken.

Zouden ze nog bestaan, zulke ambtsdragers?